Vandaag een recept op verzoek, namelijk nasi goreng. Het recept is een origineel familierecept uit Indonesie. Dit is pas echt nasi als je het vergelijkt met onze Hollandse variant! Nu ik deze variant op heb zou ik niet anders meer willen. Met name trassi is iets wat wij Nederlanders niet zo vaak gebruiken en dat geeft juist de authentieke Indonesische smaak. Als je trassi ruikt en gaat bakken stinkt het behoorlijk, maar de smaak maakt dat weer helemaal goed. Nasi wordt in Nederland vaak gegeten als hoofdgerecht, maar het is eigenlijk meer een bijgerecht. Je kunt deze nasi daarom prima combineren met een van mijn andere receptjes zoals zoetzure kip met ananas, tjap tjoy of kipstukjes in satesaus. Selamat makan (oftewel eet smakelijk in het Indonesisch)!
Wat heb je nodig?
300 gr pandanrijst
4 eieren
300 gr kip, in blokjes (kipdijfilet is beste)
4 sjalotten, gesnipperd
2 bosui, in ringetjes
4 tenen knoflook, geperst
2 rode pepers, zaadlijsten eruit en in fijnsnijden (leg de peperstukjes 5 minuten in kom met water en zout en dep vervolgens droog)
1 bouillonblokje
1 tablet trassi bakar van de toko (geeft het gerecht een authentieke Indonesische smaak)
sambal
peper en zout
Hoe maak je het?
- Kook de rijst 10 minuten. Giet af en laat vervolgens 10 minuten staan met deksel op de pan.
- Klop ondertussen 4 eieren los en roerbak in een koekenpan.
- Bak vervolgens in een andere pan de kipstukjes in een flinke klont boter, met 1 teen knoflook.
- Als de eerste drie stappen klaar zijn begin je met het maken van de nasi. Bak de rode peper in een wok samen met de sjalotten en knoflook. Doe het bouillonblokje en ook de trassi er bij en bak even mee.
- Voeg de rijst toe en roer goed door. Doe vervolgens ook het ei en de kip er bij. Gebruik de jus van de kip om de nasi op smaak te brengen. Maak eventueel extra op smaak met sambal, peper en zout.
Serveer de nasi met ringetjes bosui, kroepoek en eventueel nog een bijgerecht, zoals zoetzure kip met ananas, tjap tjoy of kipstukjes in satesaus.